
Licht voorbij de digitale horizon
Een nieuwe column van Stef Bos
Je kunt doodlopen in een robotcultuur. Je wilt een instantie bellen en krijgt geen mens aan de lijn maar een kunstmatige stem met een keuzemenu die jou vraagt wat je wilt vragen. Op dat moment weet je dat de muur niet ver meer is waar je met je kop tegenop zult lopen. Maar het kan ook anders.
Ik kreeg laatst een verrassende mail van mijn bank waarin ik in verband werd gebracht met witwaspraktijken gekoppeld aan terroristische activiteiten. Ik geloofde mijn ogen niet toen ik het las en dacht in een verhaal van Franz Kafka terecht te zijn gekomen. Het had te maken met een paar kleine transacties van mijn persoonlijke rekening naar Zuid-Afrika waar wij deels wonen en waar we bezig waren met een kleine verbouwing. Wat ik nog niet wist, is dat Zuid-Afrika schijnbaar op de zwarte lijst staat van financieel onbetrouwbare landen. Ik schrok me een hoedje. Ik ben financieel opgevoed door een integere gereformeerde middenstandsvader die me leerde altijd alles netjes te organiseren en ook je belasting te betalen als bijdrage aan de samenleving. Daarbij zat hij in het plaatselijke bestuur van dezelfde bank die mij de betreffende mail stuurde. Gelukkig werd mij gevraagd hen telefonisch te contacteren voor nadere informatie. Ik liet de robot-hel achter mij. Een vriendelijke dame vertelde mij vervolgens dat de bank verplicht was om onderzoek te doen naar eventuele verdachte transacties naar vooral verdachte landen zoals Zuid-Afrika. Ik moest mijn financiële doopceel lichten en haar kunnen aantonen dat ik alleen in theaters speel en dat er niets wit te wassen valt, want ik had nooit iets zwart gedaan.
Toen het liedje Papa in 1991 een hit was, kwam wel het aanbod om feesten en partijen af te gaan en drie keer op een avond met een playbackband op te treden en voor half-ongeïnteresseerden ‘Papa, ik lijk steeds meer op jou’ te zingen. Maar ik had een paar collega-songwriters in dat circuit rijk zien worden en ten onder zien gaan, dus ik bedankte voor de eer. Geen principekwestie maar vooral zelfkennis, want ik wist dat ik in zo’n wereld doodongelukkig zou worden. Ik had niet voor niets vier jaar theateropleiding gedaan, dus daar lag en ligt nog steeds mijn liefde.
In het gesprek met de vriendelijke dame kreeg ik zowaar overzicht in mijn boekhouding. Dus u verdient uw maandloon in een theater, maar wat zijn dan die andere inkomsten? “Auteursrechten,” vertelde ik haar, “als een liedje op tv of op de radio komt, en op Spotify wordt gestreamd, krijg ik daar een vergoeding voor.” “Hoe komt het dan,” vroeg ze, “dat in 2020 die inkomsten zo gestegen zijn?” Ik zei: “Dat komt door Miss Montreal, die Door de wind zong bij Beste Zangers. Daarna was het even stil aan de andere kant van de lijn en zei ze: “Ja, dat was ook wel erg goed hè.”
En opeens zag ik een licht voorbij de digitale horizon. Ik dacht: zo lang mensen gewoon met elkaar praten, speelt de emotie een rol en is er sprake van empathie of conflict, liefde of woede – of wat dan ook. Alles beter dan een robot.
Geregeld moet ik tegenwoordig na een keuzemenu met iemand praten die niet iemand is. Wat dat betreft, was dit gesprek een loutering. Ik sprak met een echte vrouw die me gerust kon stellen, die me op een fijne en begripvolle manier uit kon leggen waarom ik in het vizier terecht was gekomen, die ook nog gevoel voor humor had en die mijn eerlijkheid waardeerde. We moeten daar naartoe terug.
Nooit meer Stef Missen?
Stef Bos (1961) is singer-songwriter en woordkunstenaar. In Zin schrijft hij over zijn leven als muzikant en als echtgenoot en vader. Stef is getrouwd met de Zuid-Afrikaanse kunstenares Varenka Paschke. Samen hebben ze drie kinderen: zoon Kolya (15) en dochters Lorelei (13) en Vonkie (8). Ze wonen afwisselend in Zuid-Afrika en in Vlaanderen. Stef treedt dit najaar met Bloemlezing 2025 op in België, zijn cd Kaartenhuis is net verschenen.
Nooit meer een column van Stef missen?
Met deze aanbieding lees je Zin wel erg voordelig.