Vlaams, Nederlands, wat maakt het nou uit? Stiekem zijn er wel wat subtiele verschillen tussen de Nederlandse en Belgische cultuur. Hoe merk je dat in een relatie? En wat neem je
van die andere cultuur over? Kathy en Geert-Jan geven een inkijkje in hun net over de grens-relatie.
‘Het maakt hem minder uit wat anderen ervan zullen denken’
De Vlaamse Kathy de Spiegeleer (1962) had via ‘Tinder avant-la-lettre’, het MSN vrijgezellen- forum, een klik met Nederlander Geert-Jan Derks (1955). Hij leek niet op Marc Klein Essink, toch zijn de twee inmiddels 23 jaar samen.
Kathy: “Mijn collega kwam met een advertentie aanzetten waarop stond:vergroot uw kennissenkring, ga op MSN naar het vrijgezellenforum. Ik was een jaar gescheiden en dacht: waarom niet? Het was het jaar 2000 en internet was nog niet zo ingeburgerd. Op mijn werk hadden we één computer die we in de pauze stiekem gebruikten als de baas weg was. In de chatroom van het forum was niemand, maar er stonden ook een soort contactadvertenties naast. ‘Hallo, ik ben Geert-Jan, ik hou van de bergen, wandelen en hardlopen,’ las ik. Ik stuurde een berichtje dat ik ook van de bergen hield. Zo mailden we een tijdje heen en weer voor- dat we belden. Op een dag zei Geert-Jan: ‘Ik moet voor mijn werk naar België, zal ik even langkomen?’ ‘Dat kan,’ zei ik ‘maar ik doe niet open voor vreemden en wil eerst een
foto zien.’ Wij hadden op het werk een Nederlandse vertegenwoordiger die op Marc Klein Essink leek: lang en met van die donkere krullen. Ik had de hoop dat alle Nederlandse mannen er zo uitzagen. Toen de foto van Geert-Jan uit de printer kwam, was ik lichtelijk teleurgesteld: hij was niet lang en had geen zwarte krullen! Maar door onze gesprekken kenden we elkaar inmiddels zo goed, dat de klik er direct was toen we elkaar voor het eerst zagen. Twee jaar later zijn we getrouwd en ben ik met mijn destijds 7-jarige zoon bij hem en zijn twee zoons en dochter (16, 15 en 9) in Nederland gaan wonen.
Tussen de kinderen klikte het ook direct, maar zijn kinderen moesten erg aan mijn striktheid wennen. Het Belgische school- en opvoed- systeem is veel strenger dan in Nederland. Discussies als: ‘waarom mogen we niet met onze voeten op tafel?’, hebben me in het begin heel veel energie gekost. Ik moest iets losser worden en minder streng zijn. Zelf denk ik overigens dat ik in een vorig leven Nederlander was: ik ben nogal direct en hou niet van het Belgische omfloerste.
Belgen zijn wat zachter. Zeggen ze: ‘Misschien gaan we dat doen’, dan bedoelen ze: dat gaan we niet doen. Terwijl een Nederlander gewoon zegt: ‘Nee, dat gaan we niet doen’. Ik weet nog dat mijn familie daaraan moest wennen met Geert-Jan. Dan dachten ze dat ze hem beledigd hadden als hij zei dat hij iets niet wilde. Mijn Belgische inslag zie ik terug in dat ik me druk kan maken om wat anderen mensen denken – bijvoorbeeld als de gordijnen nog dicht zijn op zondagochtend. Wat zullen de buren dan niet denken? Geert-Jan zegt dan: ‘Wat maakt het uit wat anderen denken. Doe waar je zin in hebt’. Het bourgondische heb ik Geert-Jan dan weer bijgebracht. Waar ik echt punten mee scoorde bij mijn schoonfamilie is de traditie van het aperitiefje om 11.00 uur.
Geert-Jan: “De strakkere manier van denken van Kathy beviel mij wel, maar de kinderen moesten er inderdaad aan wennen. Ik ben wat losser en inconsequenter, dus het was nodig dat er af en toe iemand ‘nee’ zei. Ik denk overigens niet dat ze er slechter van zijn geworden. En ja, op bourgondisch gebied heb ik echt bijles gehad van Kathy. Dat je in België niet wordt ontvangen met een schraal bakje koffie en een koekje, maar dat er een flesje bubbels opengaat om 11.00 uur en er een visschotel op tafel komt, is een traditie die we hier thuis direct hebben ingevoerd. Mijn kinderen en familie zijn er ook fan van.”
Verder lezen?
In Zin 11 lees je nog twee interview met Belgisch Nederlandse koppels. Benieuwd? Bestel ‘em hier online.
INTERVIEWS: JESSICA VAN ZANTEN | FOTOGRAFIE: JANITA SASSEN