Ze was pas 14 toen ze hem ontmoette bij het uitgaan. Paul was 21 en een gladjanus, vond Puck, maar hij voelde wel vertrouwd. Toen hij later zei dat hij haar leuk vond, zei zij: ‘Ik jou ook, maar ik ga niet zoenen.’ Want: hoe moest dat? Maar Paul had geduld. De dood van zijn kat en een beschuitje met aardbeien zorgden ervoor dat ze nooit meer uit elkaar gingen.
Puck
“Zomer 1991, ik was 14 en ging voor het eerst uit, samen met een vriendin in Amersfoort. We ontmoetten twee jongens, een lange – dat was Paul – en een kleine. Paul was een knappe vent met zo’n grote rockabilly-kuif. Ik hield niet van knappe jongens. Paul stak z’n arm door de mijne en zei: ‘Kom, we gaan wat drinken.’ Ik dacht: wat een flirt, wat een gladjanus! Maar ik vond het ook spontaan en leuk, dus gingen we mee. Paul en ik raakten aan de praat en het leek wel alsof ik hem kende. Sommige dingen die hij ging zeggen, wist ik al voordat hij ze zei: dat ie punk was geweest bijvoorbeeld. Het voelde heel vertrouwd.”
Onzeker
“Het ging nadien aan en uit, het leeftijdsverschil was te groot. Maar we bleven elkaar tegenkomen en aantrekken. Pas na drie jaar durfden we het echt aan. Vanaf m’n 17de was ik dagelijks bij Paul. Toch vonden we het verstandig dat ik eerst zelf op kamers zou gaan. Toen Paul eens uitging met vrienden en ik niet mee mocht, struinde ik ’s nachts de kroegen af om hem te vinden. Toen ik hem vond, liep ik op hem af en gaf ik hem een knal. Achteraf had hij net aan z’n vrienden zitten vertellen wat voor geweldige vriendin hij had. Allemaal omdat ik onzeker was, ik had in de loop der jaren anorexia ontwikkeld. Dat is als je alleen woont goed te verbergen, maar toen Paul en ik gingen samenwonen, kwam de confrontatie. ‘Ik ben er voor je,’ zei Paul, ‘maar je moet er iets aan doen!”
Samen
“Ik raakte zwanger tijdens de vakantie in Frankrijk. Hoewel het hartstikke welkom was, was ik ook beduusd. Opnieuw was Paul er voor me. We volgden de cursus Samen Bevallen. Lynn werd geboren. Paul en ik deden het allemaal samen. Ook toen de twee anderen werden geboren. Als ik foto’s terugkijk, zie ik alleen maar blije gezichten. We geven elkaar allebei tegengas en kunnen behoorlijk knallen, maar het is daarna weer over. We knuffelen veel, vinden het heerlijk om samen op de bank te hangen. Ik voel: we horen bij elkaar. Paul pakt me wel eens vast en zegt dan: ‘Konden we maar met elkaar versmelten.’ Maar dat doen we al! We worden samen oud, wat er ook gebeurt!’
Paul
“Toen we eens een tijdje afstand hielden, overleed mijn kat. Ik kwam Puck tegen en vertelde het haar. Daarvan schrok ze zo erg, dat ze haar ijsje op de grond smeet. Ik ben toen met haar meegegaan naar haar kamer en daar aten we beschuit met aardbeien. Daarna zijn we eigenlijk niet meer uit elkaar geweest. Mijn eigen – gescheiden – ouders reageerden verschillend. Mijn vaders vriendin zei meteen: ‘Wat een lieverdje, die moet je houden!’ Mijn moeder had er in eerste instantie wat meer moeite mee, maar later kwam dat helemaal goed. Als partners moet je tegen elkaar opgewassen zijn. Dat zijn we. Die keer dat ze me in de kroeg een klap in m’n gezicht gaf, was ik boos. Natuurlijk! Maar ik weet ook dat ik tegengas nodig heb. Dat deed ze. Zij durft dat. Ze kan me aan.”
Uitrazen
“We hebben het gewoon fijn samen. We delen dezelfde smaak qua muziek. Dat bindt. Het is gewoon goed, zelfs als er ruzie is. Dan knalt het even en laten we elkaar uitrazen. Daarna kruipen we weer bij elkaar op de bank, geven we elkaar kusjes, knuffels en is het weer oké. We kunnen goed ruziemaken, maar de genegenheid is vele malen sterker.
Toen haar anorexia aan het licht kwam, zei ik: ‘Of je gaat er nu aan werken, en dan ben ik er voor de volle honderd procent voor je, of het is nu over.’ Ik heb altijd geweten dat ze haar anorexia kon overwinnen. Ze is sterker dan dat ze zichzelf ziet. Heeft meer in haar mars dan dat ze zelf vindt. In de tijd dat ze in de kliniek zat, ging ik veel bij haar langs. Ik zat destijds overspannen thuis, en dat kwam wel goed uit.”
Vaderschap
“Ik had er nooit bij stilgestaan of ik kinderen wilde, maar hoefde niet aan het idee te wennen. Ik vond het prachtig. Bij Lynn leefde ik in een roze wolk. Ik vond het fantastisch! Alle drie thuisbevallingen was ik erbij. In alle drie gevallen kocht ik als eerste een enorme bos rozen voor Puck. Vanaf het begin heb ik me nadrukkelijk bemoeid met de kinderen en ben ik er voor ze. Straks zullen de kinderen een keer de deur uit zijn, dan zijn we weer met z’n tweeën en dat is ook goed. Ik voel me prettig bij Puck, heb vertrouwen in haar. Het is gewoon goed. Klaar!”
Lees hun hele verhaal in Zin 9. Nu in de winkel of bestel dit nummer hier online.
Ook in Zin? Heb of ken je een bijzondere relatie? Mail naar redactie@zin.nl
Tekst: Margreet Botter. Beeld: Hester Doove.