De kredietcrisis dateert al van tien jaar geleden. Maar de centrale banken van de wereld staan nog steeds in volledige crisisstand. Wat nu?
Van de rente op een spaarrekening moet je het in deze tijd niet hebben. Aan de andere kant: hele volksstammen hebben die lage rente ondertussen gebruikt om minder te betalen voor hun hypotheek. Slim, want die rente gaat heus wel weer eens oplopen en dan is het fijn om dat lage percentage voor lange tijd vast te leggen. Maar: wannéér gaat die rente dan weer stijgen? Als je – zoals ik – vijf jaar geleden dacht handig te zijn door de lage rente van toen maar eens vast te leggen, heb je de hypotheekrente ondertussen alleen nog maar verder zien zakken.
Back to normal? Helaas
We weten allemaal waarom de rente zo laag is: na de financiële crisis hebben centrale banken er alles aan gedaan de economie weer aan de gang te helpen en het geld weer aan het rollen te krijgen. Nu die economie eindelijk weer lekker draait en het geld weer rolt, zou je verwachten dat alles zo langzamerhand wel weer back to normal moet gaan. Maar er is iets raars aan de hand: we gaan niet back to normal.
De kredietcrisis dateert al van tien jaar geleden en de centrale banken van deze wereld staan nog steeds in volledige crisisstand. De officiële rente van de Europese Centrale Bank (ECB) is exact nul procent – en dat is hij al sinds 2016. In Japan, Zweden en Zwitserland is de rente zelfs negatief: banken moeten ervoor betalen om geld bij de centrale bank te mogen stallen.
In Amerika, waar de economische cyclus een stapje voorloopt, gaat de rente wél licht omhoog maar de Amerikaanse Federal Reserve doet dat héél schoorvoetend. Om het prille herstel toch maar vooral niet de kop in te drukken. Dat houdt niet op bij de rente. In Europa koopt de ECB maandelijks nog steeds voor 30 miljard euro aan obligaties op: voornamelijk om de banken van vers kapitaal te voorzien.
In Japan maakt de Nichigin, zoals de centrale bank er in de volksmond heet, het helemáál bont. Die intervenieert niet alleen in de obligatiemarkt maar is ook een groot opkoper van aandelen op de beurs van Tokio. Zo kan het gebeuren dat inmiddels driekwart van alle indexfondsen op de Japanse beurs op de balans van de Bank of Japan staat. De Zwitserse centrale bank is ondertussen, met als doel de Zwitserse franc te stabiliseren, een groot opkoper van internationale aandelen: in de kluizen in Bern ligt niet alleen goud maar ook voor 75 miljard euro aan aandelen van onder meer Amazon, Facebook en Apple.
Monetaire trukendoos
Noem dat maar back to normal. Politici en economen zijn druk bezig zich een voorstelling te maken van wat er precies gaat gebeuren als de monetaire trukendoos weer wordt opgeborgen. Maar een groeiend groepje bankwatchers houdt er serieus rekening mee dat die trukendoos, eenmaal geopend, nooit meer dicht zal gaan. Wat begon als experiment in crisistijd is inmiddels zo goed bevallen, dat centrale bankiers het dankbaar aan hun gereedschapskoffertje hebben toegevoegd.
Het financiële systeem blijft kwetsbaar en zelfs na alle toegediende medicatie oogt de patiënt nog zwakjes. Hoewel ze in Frankfurt, Tokio en Washington echt wel van plan zijn dat geldinfuus geleidelijk los te koppelen, weten ze ook dat het bij tegenvallend herstel, of problemen bij banken, net zo makkelijk weer kan worden aangezet. Is dat erg? Niet als je graag in een land woont met een werkend financieel systeem. Maar als je hoopt dat die spaarrente eindelijk weer eens gaat stijgen, of als je graag wilt horen dat het wél een goed idee was om die hypotheekrente vast te zetten, zou je weleens meer geduld moeten hebben dan je dacht.
Meer geldtips en financieel nieuws? Dit is hier te vinden.