Gaat opstaan even moeilijk, heb je weinig energie en is jouw motivatie ver te zoeken? Je bent niet de enige. Iedereen ervaart weleens het gevoel compleet vast te zitten. Liesbeth Kamerling beschrijft in haar boek ‘Uit je dip gaan!’ verschillende manieren om daar weer uit te komen. Wij tippen er vijf.
Routines doorbreken
Het kan behoorlijk verfrissend zijn iets eens heel anders te doen. Het hoeft geen grote verandering te zijn, denk aan een keer met iets anders ontbijten, een andere route naar het werk pakken of in de open lucht lunchen. Een kleine verandering kan zomaar iets losmaken waardoor je het gevoel krijgt minder vast te zitten.
Blijf bewegen
Misschien is bewegen of sporten wel het laatste waar je aan moet denken wanneer je even niet lekker in je vel zit. Het is wetenschappelijk bewezen dat bewegen geluksstofjes aanmaakt in de hersenen. Het is dus echt belangrijk om regelmatig aan sport te doen. Hoeft helemaal niet fanatiek: alle vormen van bewegen helpen.
Stel de juiste vragen
Wanneer we in een dip zitten stellen we onszelf vaak hulpeloze vragen. Waarom gebeurt mij dit? Waarom ben ik niet gelukkig? Vragen waar geen duidelijk antwoord op bestaat. Dan is het tijd om andere vragen te stellen. Bijvoorbeeld: welke kleine stap vooruit kan ik nú zetten?
Tijd verdelen
Het gevoel van vastzitten blijft wanneer je elke dag dezelfde, misschien wel saaie routine aanhoudt. Laat jouw strakke schema los en evalueer hoe je jouw tijd gebruikt. Door tijd anders op te delen, kun je strakker plannen en werk je effectiever. De tijd die je overhoudt, kun je steken in leuke dingen!
Opruimen
Je kunt bijna alles opruimen – niet alleen je bureau of woonkamer maar ook je omgeving. Dat geeft niet alleen rust, het zorgt ook voor een opgeruimde geest. Ga daarom bij jezelf na: wat is overbodig en heb ik eigenlijk niet meer nodig? Ruim op. Werkt prima als een nieuwe start.
Zin in meer?
Lees meer tips in Zin 3. Dit nummer ligt nu in de winkel of bestel je eenvoudig hier. Al langere tijd last van sombere gedachten en werken tips als deze niet? Neem contact op met jouw huisarts en vraag om professionele hulp.
Tekst: Linde Verhulst