Een nieuwe column van Hanneke Groenteman: Mijn kleinkinderen zijn de enige wezens op aarde die omvallen van vreugde als ik in beeld kom.
Bres in je verdedigingslinie
Het is geheimzinnig waarom zo ontzettend veel mensen een ongekend diepe liefde koesteren voor hun kleinkinderen. Ik bedoel: je hebt met vallen en opstaan al een hele toer met je eigen kind(eren) doorgemaakt, bent blij dat ze zelfstandig zijn en je kunt zelfs met gepaste afstand naar ze kijken. Dan planten die kinderen zich voort. Voor de kleinkinderen er zijn, doe je nog van: ach, lijkt me best leuk, maar ze moeten niet denken dat ik te pas en te onpas op ze ga passen als het hun uitkomt. Ik geniet van mijn vrijheid. Stoere praat, maar dan zijn ze er, die kleinkinderen. En slaan ze pats-boem een grote, harde bres in je verdedigingslinie, ze openen iets in je hart waarvan je niet wist dat het er zat.
Suikerspin van liefde
Laat ik voor mezelf spreken. Ik heb vier kleinkinderen en hoewel ik echt veel van hun vader hou, valt die liefde in het niet bij de onvoorwaardelijke weerloos makende liefde voor zijn nageslacht. Natuurlijk helpt het dat het de enige wezens op aarde zijn (alweer: in mijn geval) die omvallen van vreugde als ik in beeld kom. Natuurlijk helpt hun oeverloze interesse naar mijn wel en wee, mijn heden en verleden, mee. Maar ik word een dweil en een suikerspin van liefde als ik in hun buurt ben. Ik neem me wel eens voor iets aan opvoeding en strengheid te doen als ik op ze pas (jazeker, ik pas zo vaak mogelijk op ze), maar als ze me dan aankijken, en zinnetjes beginnen met “Ach toe, jij bent de liefste, mag het?” ben ik al verkocht. Ze weten dat, en maken er gruwelijk misbruik van. Ik weet het ook, en laat me gruwelijk misbruiken.
Ongelukje
Ze vinden dan ook dat ik een lousy opvoeder ben, ook van mijn eigen kind. “Dat weet ik,” zeg ik dan, “maar papa is toch heel lief en leuk en goed terechtgekomen?” Ik zie ze denken: Ja, ondanks jouw opvoeding. En dan dansen ze weer naar de snoeptrommel en smelt ik weer. Laatst had ik een ongelukje met mijn (elektrische) fiets. Even terzijde: moeizame combi hoor, 80+ en een elektrische fiets. Die dingen zijn log en loodzwaar en als je je evenwicht verliest ben je verloren. De dokter in het ziekenhuis die mij behandelde aan mijn diverse verwondingen zei: “Het probleem met oudere mensen is dat hun hoofd jonger en leniger is dan hun lijf.” Wijze woorden.
Puzzel
Maar goed, mijn kleindochter van 10 zag mijn hechtingen en bloeduitstortingen en wilde alle littekens die ik in mijn lange leven heb opgedaan eens goed onderzoeken. Want behalve het fietsongeluk was er wel meer gebeurd en dat boeide haar ineens mateloos. “Wat is dat streepje boven je oog? En hoe kreeg je die plek op je been? En waarom heb je een rare pink? Wat is dat op je pols?” En toen had ze mijn buik en borst nog niet eens behandeld. Ik gaf haar een (beknopte) versie van mijn story-in-littekens. “Toen was ik 6 en sloeg een jongetje met een stok op mijn pink. Toen viel er een scooter op mijn been. Toen viel ik van mijn fiets, weet je wel?” Ze vond het machtig boeiend. Ze zei: “Je bent net een puzzel, maar ze hebben je wel goed in elkaar gezet.”
Hanneke Groenteman (1939) is programmaker, journalist en schrijver. In Zin schrijft ze over waar ze tegenaan loopt. Hanneke heeft één zoon, Gijs. Hij heeft vier kinderen (twee dochters en twee zonen). Zij zijn Hannekes Grote Liefde.
Nooit meer een column van Hanneke missen? Met deze aanbieding lees je Zin wel erg voordelig.