Met aardig doen, behulpzaam zijn en overal sorry voor zeggen schop je het niet ver in het bedrijfsleven. Waarom blijven vrouwen dat dan toch doen? In Nice girls don’t get the corner office beschrijft bedrijfstrainer Lois P. Frankel hoe je als vrouw wél verder komt in je carrière. De beste tips lees je hier:
1. Neem de leiding
Wees niet bang voor wat anderen van je denken, maar neem zelf de leiding en teken op hoe je wílt dat anderen je omschrijven. Noteer zo’n omschrijving in ongeveer vijfentwintig woorden en schrijf vervolgens uit met welk gedrag – een lijst van specifieke acties – je daarvoor zou kunnen zorgen.
2. Geef je mening
Vind je het spannend om je uit te spreken? Oefen het door minstens één keer per overleg of vergadering je mening te geven of een idee te opperen. Elke keer wordt dat iets makkelijker. Als je het gevoel hebt dat je te agressief bent, kun je na het uiten van je mening een vraag stellen, bijvoorbeeld: ‘Zo zie ik het. Hoe denken jullie erover?’
3. Durf te vragen
Wees niet bang om iets te vragen, dat is veel beter dan met de verkeerde informatie aan het werk gaan. Gebruik formuleringen als ‘Begrijp ik goed dat…?’ Observeer mensen tijdens vergaderingen en gebruik dat als aanknooppunt: ‘Ik zie aan de gezichten hier dat het nog niet helemaal duidelijk is. Kun je ons nog wat voorbeelden geven?’
4. Stevige handdruk
Maak een goede eerste indruk met een handdruk die de juiste boodschap overbrengt. Oefen eens met mannelijke en vrouwelijke collega’s en vrienden en vraag feedback over of de handdruk te slap of te stevig is. Wanneer iemand bij een kennismaking geen hand uitsteekt, doe dit dan zelf, dat ziet er zelfverzekerd uit.
5. Zoek de balans
Werk is belangrijk, maar niet alles. Zeg niet zomaar een privéafspraak af vanwege werk, maar bedenk wat de kosten en baten daarvan zijn. Een keer is natuurlijk geen ramp, maar zorg dat het geen regel wordt in plaats van uitzondering. Kies daarnaast een hobby of een andere reden om niet altijd met werk bezig te zijn.
6. Wees trots
Bescheiden zijn is nergens voor nodig. Zeg nóóit meer: ‘Het stelde niets voor.’ Kijk bij het ontvangen van een compliment de ander aan en bedank diegene. Haal jezelf niet naar beneden. Maak ook een ‘goed gedaan’-mapje met dingen om trots op te zijn, zoals bedankbriefjes en goede beoordelingen – iets om naar te kijken op momenten van onzekerheid.
7. Zeg het
Bewaar vragen voor momenten dat je echt informatie wil. Breng ideeën en verzoeken niet in de vorm van vragen, maar stelliger of als mededeling. Bijvoorbeeld: “Ik stel voor dat we meer investeren in…” in plaats van “Kunnen we meer investeren in…?” of “Ik wilde even melden dat ik morgen thuiswerk” en niet “Mag ik morgen thuiswerken?”
8. Neem de ruimte
Neem letterlijk de ruimte om zelfverzekerd over te komen. Gebruik bij een presentatie alle ruimte die je hebt door langzaam heen en weer te lopen. Staat je voor een groep, plaats dan de voeten net zo ver uit elkaar als de schouders breed zijn. Kies bij een vergadering voor een plek met ruimte om te gebaren. Met ellebogen op tafel oog je alerter.
9. Kies voor jezelf
Zeg het net zolang totdat je het gelooft: “Het is niet egoïstisch om voor mezelf te zorgen, ook al is dat onhandig voor anderen.” Zorg dat je weet wat je wil door dit regelmatig aan jezelf te vragen. En doe tussen werk en thuiskomen twintig minuten lang iets voor jezelf, zoals de krant lezen, muziek luisteren of bellen met een vriendin.