Merkwaardig, bijna ongeloofwaardig, maar uiterst succesvol: EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing). Therapie voor mensen die last blijven houden van de gevolgen van een schokkende ervaring, zoals een ongeval, seksueel geweld of een geweldsincident.
Jeugdtrauma
De Amerikaanse psychologe Francine Shapiro liep in 1987 door een bos toen ze overvallen werd door een herinnering aan een traumatische gebeurtenis uit haar jeugd. Die herinnering had ze wel vaker en riep altijd heftige emoties bij haar op, waarvan ze soms dagenlang van slag kon zijn. Maar dit keer gebeurde er iets vreemds. Shapiro merkte dat de emoties die de herinnering opriepen tijdens de wandeling steeds minder heftig werden.
Ze probeerde te achterhalen hoe dat kwam en vond een opmerkelijke relatie: terwijl ze in gedachten door het bos wandelde, keek ze onbewust van de ene naar de andere boom. “Het was alsof de oogbewegingen de beelden van mijn traumatische gebeurtenis minder heftig maakten en een spontane verwerking op gang brachten,” zei ze later in een interview.
Gefascineerd door deze ervaring onderzocht ze of Vietnam-veteranen ook met oogbewegingen van hun trauma’s geholpen konden worden. Ze liet hen terugdenken aan hun naarste oorlogsbeelden en bewoog ondertussen haar vinger heen en weer. Dit leek inderdaad te werken; de herinneringen aan de traumatische gebeurtenissen waren na de sessies minder belastend en de veteranen hadden minder last van angsten, zoals nachtmerries.
Minder beladen
In 1989 publiceerde Shapiro haar revolutionaire bevindingen en de bijbehorende therapie: Eye Movement Desensitization and Reprocessing, kortweg EMDR. “De gedachte achter EMDR is dat je de levendigheid en emotionele lading van de herinnering vermindert, zodat je er gewoon aan kunt terugdenken zonder dat het van alles oproept,” zegt psychotherapeut Katja Pereira van Psychologen Groepspraktijk Amsterdam, die de therapie regelmatig in haar praktijk gebruikt bij getraumatiseerde cliënten.
“Dat creëer je door de patiënt tijdens de confrontatie met die beelden af te leiden. Dat kan met oogbewegingen, maar er wordt ook gebruik gemaakt van geluidjes via een koptelefoon of buzzers in handen.” Dit brengt volgens de psychotherapeut een sterke en levendige stroom van beelden, details, emoties en andere associaties op gang. “Vaak nog meer dan in een gewoon therapeutisch gesprek over het trauma. Alsof het allerlei luikjes in het brein opent.”
Tijdens een EMDR-sessie moet de cliënt eerst aan het meest nare beeld van de traumatische gebeurtenis denken. Vervolgens beweegt de therapeut vingers heen en weer voor de ogen van de cliënt. “Na dertig keer stop ik en vraag ik wat er in hem opkomt,” legt Pereira uit. “Dat kan van alles zijn; gedachten, emoties, lichamelijke gevoelens. De cliënt moet zich daar vervolgens op concentreren, terwijl ik hem opnieuw afleid.
Na een aantal van deze series zie je dat mensen rustiger worden en dat de beelden veranderen en dat er ook andere delen van de herinnering komen bovendrijven. Ze zien bijvoorbeeld niet alleen maar het bloed en de brokstukken van het ongeluk voor zich, maar herinneren zich ook dat de zon die dag scheen en dat er heel aardige mensen waren om te helpen. De nare beelden krijgen een minder emotionele lading.” Het brein slaat deze nieuwe beelden vervolgens op en overschrijft daarbij de oude, beladen beelden.
Meer ontspannen, beter concentreren
Wetenschappers waren lang sceptisch over deze therapie en noemden het een ‘magische bezweringstechniek’ of ‘zinloos ritueel’. Inmiddels blijkt uit verschillende onderzoeken dat de therapie wel degelijk effectief is. Uit de resultaten blijkt dat cliënten goed op EMDR reageren. De behandeling is oorspronkelijk bedoeld voor mensen met een posttraumatische stressstoornis (PTSS) en andere traumagerelateerde angstklachten door bijvoorbeeld een misdrijf, ongeluk of misbruik.
Nu er steeds meer bewijs is dat emotioneel beladen herinneringen en beelden ook een belangrijke rol kunnen spelen bij het ontstaan van chronische pijn, depressie, eetstoornissen, verslavingen en psychose, wordt EMDR ook vaker bij deze problemen en stoornissen toegepast. Meestal is het dan een onderdeel van een breder behandelplan. “Mijn ervaring is dat EMDR een sleutelrol kan spelen in dit soort behandelingen,” zegt Pereira. “Onverwerkte herinneringen kunnen dit soort klachten in stand houden. Helaas gaan zorgverzekeraars steeds meer op de stoel van de behandelaar zitten en willen dit niet meer vergoeden omdat er nog onvoldoende wetenschappelijk onderzoek is gedaan naar EMDR bij dit soort problematiek.”
EMDR neemt de herinnering aan traumatische ervaringen niet weg, benadrukt psychotherapeut Pereira. “Maar de spanning en de angst die de herinnering voorheen opriep, kan wel helemaal worden wegenomen. Daardoor voelen mensen zich doorgaans meer ontspannen, slapen ze beter en hebben ze bijvoorbeeld minder last van concentratieproblemen. Vaak gaan mensen ook anders over zichzelf denken. Slachtoffers van een misdrijf of seksueel geweld geven zichzelf vaak de schuld. Ze weten wel dat dit niet klopt, maar blijven dit toch zo voelen. Met EMDR gaan ze het ook echt geloven.”
‘Ik heb nooit beseft wat de impact was op mijn leven’
Ria van der Meer (1964) is in haar jeugd opgegroeid met een vader die aan alcohol verslaafd was. “Mijn vader was geregeld dronken en dan was hij dreigend naar mijn moeder, mijn zusjes en mij. Toen ik een jaar zeven was heeft hij mijn moeder alle hoeken van de kamer laten zien. Ik zat bovenaan de trap en heb alles gehoord en deels kunnen zien. Ik heb nooit beseft wat de impact daarvan is geweest op mijn leven. Bij mensen kroop ik zoveel mogelijk in een hoekje en durfde me in relaties nauwelijks te laten zien. Ik was bang, maar wist niet goed waarvoor.
Vijf jaar geleden liep ik volledig vast. Ik was depressief, ging nog nauwelijks de deur uit en was meteen van slag als iemand zijn stem verhief. De huisarts verwees me door naar een psychotherapeut die EMDR bij me deed. Dat was wel even wennen, want van die vingerbewegingen voor mijn neus moest ik alleen maar lachen. We zijn daarom overgestapt op piepgeluidjes via een koptelefoon. Ik moest een minuut lang terugdenken aan het moment dat ik bovenaan die trap zat, terwijl ik afwisselend links en rechts piepjes hoorde.
Naar, maar ook leuk
Het was ongelooflijk wat er allemaal loskwam. Nare beelden, maar ook leuke. Bijvoorbeeld van een vriendinnetje bij wie ik altijd ging spelen. En de keuken, waar we ’s middag theedronken. Ik zag ook hoe klein ik was. Ik heb me altijd zwak gevoeld omdat ik mijn moeder destijds niet heb geholpen. Door die beelden ben ik me gaan beseffen dat ik nog maar een kind van zeven was, dat ik niet veel had kunnen doen en me dus ook niet schuldig moest voelen.
Vier EMDR-sessies heb ik gehad. Dat was best pittig. Ik was na iedere sessie hondsmoe en behoorlijk van slag. Maar ik ben me daarna wel veel beter gaan voelen. Zelfverzekerder, minder angstig, óók als ik terugdenk aan dat moment bovenaan de trap. Ik merk dat ik meer kan openstaan voor contact met leuke mannen, ook al blijf ik op mijn hoede en schrik ik nog steeds als een mannelijke collega boos reageert op iets.”
Tekst: Matthijs Buikema