Renate Dorrestein (1954) was van 2013 tot haar overlijden in 2018 columniste van Zin. Als eerbetoon aan Nederlands liefste en grappigste schrijver plaatsen we de komende weken elke dag een column van Renate.
In het dorp waar ik woon staat een fotogeniek houten kerkje in een mooie, door beukenbomen omzoomde laan. Het is een geliefde trouwlocatie. Je struikelt er bij wijze van spreken over de bruidsparen en hun feestelijk uitgedoste gasten, die stuk voor stuk lachen en glimmen. En vraag me niet waarom, maar vaak schiet ik bij die aanblik vol. Nou ben ik altijd al nat op de zakdoek. Ik krijg het ook te kwaad bij schooluitvoeringen waaraan te dikke kleine meisjes meedoen en bij B-films over moedige blinden of ongeneeslijk zieke moeders. Maar bruidsparen spannen de kroon, daar kan ik echt alleen met een brok in mijn keel naar kijken.
Zielsverwanten
Wat raakt me dan toch zo? Ben ik ontroerd door het wonder dat twee zielsverwanten elkaar hebben weten te vinden? Door de manier waarop ze uitstralen dat ze samen door dik en dun zullen gaan en voortaan iemand hebben die zelfs aan de ergste onbenulligheden van het leven (“Zet jij morgenochtend de vuilnisbak buiten, schat?”) nog glans zal geven? En is dat ook de reden waarom iedereen om hen heen zo opgetogen is, zo absoluut helemaal in de gloria? Ik zweer het, nergens zie je zulke uitzinnig blije mensen als bij een huwelijksvoltrekking, en daarvoor moeten toch vaak ook nog andere redenen zijn dan alleen maar de diepe opluchting dat nicht Sophie nu eindelijk onder de pannen is.
Zelfs als er niet eens een bekende van je trouwt heb je automatisch nog iets van oeh en ah bij het zien van een bruidspaar. Blijkbaar belichamen ze iets waar we allemaal collectief naar snákken. Zou dat de belofte van baby’s zijn, nieuw leven, de voorzetting van geslachten? Ik weet het echt niet, zelfs niet met zowat wekelijks zo’n romantische aangelegenheid in het kerkje bij mij om de hoek. Soms denk ik: trouwerijen laten ons even iets vergeten wat we allemaal best weten, namelijk dat de liefde gemakkelijk wordt verward met het spectaculaire begin ervan, de heerlijke, bedwelmende verliefdheid.
Onwetendheid
Maar daarna begint het pas. Je moet samen kilometers gaan maken en daar kunnen ontzettend taaie kilometers tussen zitten. Je zult een manier moeten zien te vinden om liefdevol om te gaan met de beperkingen van je partner en met die van jezelf. Je zult jaar in, jaar uit, je best moeten blijven doen om elkaar telkens opnieuw te ontmoeten en te ontdekken. Als je daarin slaagt, zal een intense verknochtheid je beloning zijn, maar vanzelf zal dat niet gaan. En misschien bezorgen bruidsparen me daarom wel zo’n brok in mijn keel. Omdat zij dat nog niet weten.
Deze column verscheen eerder in Zin 1- 2015
Foto: Merlijn Doomernik