Zo’n tien jaar geleden bezocht ik Istanbul. Een indrukwekkende stad die extra glans kreeg door het boek dat mij tijdens die reis begeleidde: Istanbul. Herinneringen en de stad van Orhan Pamuk. Pamuk had toen juist de Nobelprijs gewonnen, vandaag zit hij tegenover me. – Tekst: Rick de Leeuw
Orhan Pamuk (1952) ontving in 2006 de Nobelprijs voor de Literatuur. Dit jaar verscheen zijn meest recente roman: De vrouw met het rode haar. Een gesprek over kleine pasja’s, grote prijzen en stevige bodyguards.
Vrijgevig leven
Het leven kan soms vrijgevig zijn. In een statig grachtenpand in het hart van Amsterdam krijg ik de gelegenheid Orhan Pamuk te ontmoeten. Zo’n eerste keer oog in oog met een Nobelprijswinnaar voelt als een gewichtig moment. Maar welke openingsvraag stel je aan een man die over de gehele wereld al duizenden keren geïnterviewd is? Het klinkt al snel te dweperig of – erger nog – te wijsneuzerig. Terwijl bij mij de twijfel toeslaat, maakt fotograaf Jacqueline voorafgaand aan het interview onverstoorbaar haar foto’s.
Ze heeft duidelijk al voor hetere vuren gestaan. Orhan Pamuk is op zijn gemak en vraagt haar om bij de selectie vooral foto’s te kiezen waarop zijn glimlach te zien is. ‘Because my smile is my identity,’ zegt hij er ter verduidelijking bij. Ik heb geen idee wat hij er precies mee bedoelt, maar weet opeens wel wat mijn eerste vraag is.
Serieuze zaak
Orhan Pamuk: “Het heeft veel te maken met het ouderwetse idee dat mensen van een schrijver hebben: een serieus persoon met grote verantwoordelijkheden, vooral in landen in de wereld waar politieke problemen bestaan. Verantwoordelijkheden die ik overigens zeer serieus neem en zo goed mogelijk probeer te respecteren. Maar het beeld van de schrijver die wereldvreemd, zelfgenoegzaam, getroebleerd en in zichzelf gekeerd is, probeer ik waar mogelijk te ontkrachten.
Mijn boeken hebben mij internationaal bekend gemaakt, en de vele prijzen die ik mocht ontvangen deden daar nog een schepje bovenop. Sindsdien wil iedereen dat ik een soort diplomaat ben, een representant van het liberale Turkije. Maar ik wil dat zo veel mogelijk voorkomen omdat al die gewichtigheid en diplomatie het kind in mij doodt. Artistieke creativiteit is voor mij alleen mogelijk als ik in staat ben om het onverantwoordelijke, blije kind in mezelf in leven te houden. Dan alleen heb ik goede ideeën.”
Verhalen met ironie
“Het totalitarisme van het hedendaagse Turkije, de verschrikkingen van de Turkse democratie: ik heb de actualiteit op indirecte wijze in mijn nieuwste roman verwerkt. Het boek refereert daarnaast aan een ouderwetse wereld, aan een samenleving die twintig jaar geleden nog vanzelfsprekend was. Een wereld waaraan we soms met weemoed terugdenken, deels omdat we de mindere kanten ervan gemakshalve vergeten. Het is een veelstemmig boek, en geen pamflet. En natuurlijk hoop ik dat iedereen het gaat lezen, dat het een belangrijk boek is, dat het een bijdrage kan leveren aan een betere wereld.
Maar bovenal ben ik een gelukkig man die met kinderlijk plezier zijn boeken schrijft. Ik vermeng een uitgesproken mening met speelse vrolijkheid, zodat mijn lezers de relativiteit zien van alle ideeën die in dit boek aan bod komen. Dus ook van de ideeën die ze zelf graag op een voetstuk plaatsen. Ik deconstrueer de ideologieën die onze wereld bedreigen door er mee te spelen. Dat is belangrijk. Het is in deze tijden bijna onmogelijk om verhalen te schrijven zonder ironie, zonder afstand. Daarom wil ik liever niet als een serieuze schrijver gefotografeerd worden. Dat bedoelde ik toen ik zei dat mijn glimlach mijn identiteit is. Bovendien zie ik er veel knapper uit als ik lach.”
De rest van het interview met Orhan Pahuk lezen? Haal dan snel Zin 13 in huis!
TEKST: RICK DE LEEUW | BEELD: JACQUELINE DE HAAS