De doodzieke Miklós (25) is een overlevende van concentratiekamp Bergen-Belsen. Hij heeft tbc en is stervende. In deze korte tijd wil Miklós iets achterlaten en hij probeert een echtgenote te vinden. Wat volgt is een prachtig liefdesverhaal.
Dankzij een vluchtelingenorganisatie stelt hij een lijst van 117 vrouwen samen. Ze komen uit hetzelfde gebied als hij, hebben een kamp overleefd hebben en zijn naar Zweden gevlucht. Hij schrijft ieder van hen aan. Zijn brief belandt ook bij de 18-jarige Lili. Ze ligt op bed, heeft niets omhanden en besluit terug te schrijven. Met elke brief raken ze verliefder. In december 1945 besluiten ze elkaar te ontmoeten, en in de drie dagen die ze samen doorbrengen raken ze ervan overtuigd dat ze willen trouwen. Ze moeten alleen nog een manier vinden om dat voor elkaar te krijgen…
Echt waar!
En het mooiste vinden wij dat dit prachtige liefdesverhaal waargebeurd is. De Hongaar Péter Gárdos (1948) kreeg na de dood van zijn vader een stapel brieven van zijn moeder. Ze waren al 52 jaar niet meer gelezen en bevatten het ontmoetingsverhaal van zijn ouders. Deze bijzondere brieven gebruikte Gárdos als basis voor zijn roman.
Péter Gárdos Ochtendkoorts (Ambo Anthos).